Lessen voor de regionale aanpak van huisvesting aandachtsgroepen
Waardevolle inzichten voor professionals die betrokken zijn bij het maken van regionale afspraken over de huisvesting van aandachtsgroepen.
‘Aan de slag!’ zou je zeggen, maar in de praktijk bleek dat anders te werken: “Na de bestuurlijke handtekening begint het pas. Uitvoeringsteams hebben tijd nodig om over te schakelen naar een nieuwe werk- en denkwijze.” Simone Leensen, als betrokken adviseur maatschappelijke ondersteuning Haarlem en Maaike Wittenberg, manager bij Woonservice IJmond/Zuid-Kennemerland vertellen over het hoe en wat van het Uitstroomregeling Pact.
In zowel Zuid Kennemerland, als IJmond Zuid Kennemerland bestaat uit de gemeenten Bloemendaal, Haarlem, Heemstede en Zandvoort. IJmond omvat Velsen, Heemskerk en Beverwijk. 1 bestonden diverse regelingen rondom de uitstroom van cliënten uit zorg- en welzijnsinstellingen. De regelingen waren verschillend, en in de praktijk in de tijd ontstaan. Hierdoor waren niet alle gemeenten, woningcorporaties of zorg- en welzijnsinstellingen in de regio aangesloten. Hierdoor werd er langs elkaar heen gewerkt en was de uitstroom ook niet evenredig verdeeld over de gemeenten. Dat zou toch anders en beter moeten kunnen. Eén van de betrokken corporatiemedewerkers agendeerde het probleem en oogstte bijval bij andere corporaties en gemeenten. Hij schreef een startnotitie voor het tweejaarlijkse bestuurlijke overleg van gemeenten, zorg en woningcorporaties om aan de slag te gaan. Leensen: “Deze persoonlijke inzet is echt een vliegwiel geweest voor dit project.”
Om het proces verder te laten vliegen, werd een projectleider aangesteld als procestrekker. Medewerkers uit elk van de drie partijen (gemeente, woningcorporaties en zorg- en welzijnsinstellingen) vormden samen een kerngroep met daaronder vijf inhoudelijke werkgroepen. Zo was er bijvoorbeeld een werkgroep ‘zachte landing’, een werkgroep voor juridische zaken en een werkgroep ‘inhoud regeling’. Leensen: “In die kerngroep werd het uiteindelijke Pact uitgewerkt en vastgesteld. De vertegenwoordigers hebben het aan de meer dan 20 betrokken bestuurders voorgelegd die het uiteindelijk in oktober 2020 hebben getekend. Alles bij elkaar een behoorlijk intensief proces.”
Belangrijk onderdeel van het proces was de constante bestuurlijke verankering tussendoor, dat zorgde voor commitment. Leensen: “We maakten gebruik van een bestaand overleg waarin wethouders wonen en woningcorporatiebestuurders van IJmond en Zuid-Kennemerland tweejaarlijks met elkaar overleggen.” Door deze werkwijze van in kleine stappen werken aan commitment werd al redelijk vroeg in het proces overeenstemming gevonden over het beschikbaar stellen van 178 woningen per jaar, gelijkelijk verdeeld over de gemeenten. Leensen: “Er zijn – met toevoeging van wethouders zorg en zorginstellingsbestuurders – wel drie bestuurlijke tekenmomenten geweest. Dat klinkt wat veel maar dat heeft erg geholpen om politieke commitment te krijgen en behouden.”
Dankzij het Pact zijn er een aantal nieuwe werkafspraken gemaakt tussen de partijen:
Na de ondertekening van het Pact bleek dat medewerkers nog vooral doorgingen op de oude voet. Leensen: “Deze mensen hadden de teksten wel gezien maar niet zoals wij doorleefd. Vervolgens moesten wij als centrale groep nog een jaar lang intensief met iedereen gaan praten, daar hadden we helemaal niet op gerekend.”
De vruchten van deze intensieve gesprekken beginnen zich inmiddels af te tekenen, bijvoorbeeld bij de gemeentelijke beoordelingstafels. Wittenberg: “We organiseerden een overleg tussen de verschillende beoordelingstafels, zodat die elkaar beter weten te vinden. Na een jaar zien we nu dat die elkaar goed begrijpen en relevante informatie uitwisselen.”
Simone Leensen, adviseur maatschappelijke ondersteuning Haarlem en Maaike Wittenberg, manager bij Woonservice IJmond/Zuid-Kennemerland.