Kunst geeft Krimpen aan den IJssel nieuw perspectief op ontwikkeling van dorpshart
Een artistieke zoektocht naar de identiteit van Krimpen leidt tot verrassende invalshoeken voor de centrumontwikkeling.
“Voortdurend porretjes en duwtjes geven”, zo omschrijft bestuursadviseur Anne Arendsen (gemeente Amersfoort) haar rol om bestuurlijke vernieuwing aan te jagen. Het samenspel tussen stad en stadhuis staat daarbij centraal voor Arendsen: “Beter luisteren naar wat er in de stad leeft en de relatie voorop stellen. Naast experimenten met nieuwe democratische vormen, zoals een gelote Burgerraad, equiperen we bestuurders en het ambtelijk apparaat. Want hoe doe je dat nou, goed luisteren? Het wordt vaak heel spannend gevonden om zonder agenda de stad in te gaan”, ziet de bestuursadviseur.
In haar zoektocht naar bestuurlijke vernieuwing betrekt Arendsen kunstenaars om nieuwe invalshoeken te krijgen. Deze samenwerking kreeg vorm toen Amersfoort in 2022 vierde dat 150 jaar geleden Piet Mondriaan in deze stad werd geboren. Geïnspireerd door Mondriaan, die ook streefde naar radicale vernieuwing, bogen kunstenaars zich in ‘Mondriaan Turnlabs’ 150 dagen lang over drie maatschappelijke thema’s: nieuwsgierigheid, nederigheid en nabijheid. Nieuwsgierigheid naar de ander, zoals vluchtelingen. Nederigheid in relatie tot de aarde, het milieu en duurzaamheid. En nabijheid als het gaat om de kloof tussen burgers en overheid. In dit project zag Arendsen hoe deze samenwerkingen met kunstenaars niet alleen een nieuwe blik geven op vraagstukken, maar ook zorgen voor een heel ander werkproces dan gebruikelijk is in het stadhuis. “Binnen een gemeente zijn we erg ingesteld op een proces dat in specifieke stappen van A naar B gaat. De kunstenaar gaat veel meer op in het onderwerp. Welke associaties krijg ik? En hoe kan ik het op verschillende manieren aanvliegen?”
Kunstenaar Cathalijne Smulders is juist gefascineerd door die ambtelijke processen. “Ik wilde geen klassieke opdracht aannemen, maar juist binnen de organisatie relaties aangaan. Samen met beleidsmakers onderzoeken hoe je beleid kunt ontwerpen dat beter aansluit op de gevoelens, ervaringen en gemoedstoestanden van burgers.” Smulders zoekt daarbij naar een belichaamde politieke ervaring: hoe zintuigen gebruikt kunnen worden als analytisch instrument bij het ontwerpen en uitvoeren van beleid. In plaats van de rationele benadering die gebruikelijk is bij beleidsvorming stelt zij het gevoel centraal. “Zintuiglijke ervaringen stimuleren niet alleen probleemoplossing, maar ook emotionele betrokkenheid en bewustzijn.” Als professional gebruik je voornamelijk je hoofd om aan vraagstukken te werken en oplossingen te vinden. Het kan nieuwe inzichten geven wanneer het gevoel wordt ingezet, ziet Smulders. “Zeker als het gaat om het verbeteren van beleid over gevoelige onderwerpen in het sociaal domein, zoals inclusiviteit, sociale ongelijkheid of eenzaamheid, lijkt een rationele benadering niet afdoende.”
In haar proces gebruikt Smulders oefeningen die helpen om gevoelig te worden en zintuigen te gebruiken. “Als je bijvoorbeeld een tijd je ogen gesloten moet houden, dan zorgt dat voor andere vormen van waarneming. Je hoort meer, voelt meer, en bent je meer bewust van je omgeving.” Op een vergelijkbare manier deed Smulders al sessies met onder meer ambtenaren waarin oefeningen uit de dans werden gebruikt om de intelligentie van het lichaam te activeren. In de woorden van één van de deelnemers: “Cathalijne creëerde een moment van verstilling, waarin we de opgave meer vanuit ons gevoel, ons mens zijn benaderen.”
Onder de naam Touching Politics, belichten danser Jija Sohn en kunstenaar Cathalijne Smulders hoe de zintuigen het politieke ontwerpdenken kunnen versterken.
Tussen de zoektocht van Arendsen naar bestuurlijke vernieuwing en die van Smulders naar belichaamde politieke ervaringen, ontstaan steeds meer raakvlakken. Al is de samenwerking nog in een verkennende fase. Door haar eerdere artistieke projecten is Smulders geïnteresseerd in de manier waarop bestuurlijke vernieuwing van onderaf vorm kan krijgen, in plaats van via opgelegde innovatietrajecten. “Een begrip als innovatie volgt vaak al gebaande paden en patronen. Niks doen kan ook innovatie zijn. In plaats van een voortdurend streven naar verandering, zit de vernieuwing misschien in het hier zijn, in het lichaam zijn. Maar daar wordt nooit voor gekozen!”
Ze haalt inspiratie onder meer uit haar artistieke projecten in de zorg. “Dan werk ik bijvoorbeeld met mensen met een ernstige meervoudige beperking en hun verzorgers, en dan zie je hoe groot de schat van kennis is op de werkvloer.” Dit is vaak stilzwijgende kennis, ziet Smulders: “Het gaat niet alleen om handelingen en vaardigheden, maar ook om een intuïtief aanvoelen van situaties, vaak zonder dat iemand precies onder woorden kan brengen hoe of waarom ze iets doen. Een verzorgende die precies weet hoe een onrustige dementerende patiënt gekalmeerd kan worden, voelt instinctief aan hoe ze de patiënt moet aanraken, op welke toon ze moet spreken of welke houding ze moet aannemen. Hoe hoger je in de hiërarchie van de organisatie komt, hoe minder deze vorm van kennis eigenlijk doorkomt.” Dit terwijl beleid wel vaak van bovenaf wordt ontworpen ziet Smulders. “Ik denk dan: je zou eerst op zoek moeten gaan naar deze vormen van kennis en daar het beleid op bouwen, in plaats het beleid van buiten op te leggen.”
Op een vergelijkbare manier kijkt Smulders naar bestuurlijke vernieuwing. “Je kan aansluiten bij de kennis en levenservaring van inwoners, zoals oplossingen die informeel ontstaan en omgangsvormen die heel goed blijken te werken. Daarvoor is gevoelige waarneming nodig.” Dat kan leiden tot verrassende inzichten. “Misschien ontstaat de bestuurlijke vernieuwing eigenlijk op andere plekken dan je verwacht. Dan moet je die plekken zoeken en voeden, waardoor mensen zich gezien, gehoord, gesteund en gedragen voelen, in plaats van ze helemaal opnieuw uit te vinden.” Bestuursadviseur Arendsen knikt instemmend. “Het bevestigt wat ik zei over mijn rol van porretjes en duwtjes geven. Ik kan niet exact zeggen waar we heen moeten, maar wel prikkelen en ontwikkelingen wakker kussen.”
Klik op de afbeelding om te vergroten.