Organisatienetwerken van waarde
Studie naar het functioneren en ontwerp van organisatienetwerken en de opbrengsten voor het publieke domein.
Dit artikel bevat een download
5 oktober 2020
Binnen het netwerk werken de provincie en verschillende gemeenten samen met uiteenlopende organisaties aan concrete projecten. Het gaat om een bonte mix van onder andere het waterschap Vechtstromen, Enexis Netbeheer, woningcorporaties en kennisinstituten (zoals Hogeschool Windesheim en Universiteit Twente) en allerlei kleine en grote (belangen)organisaties, zoals Natuur & Milieu, Energy Watch en de WarmteTransitieMakers. Ook initiatieven van inwoners en ondernemers krijgen ondersteuning vanuit Nieuwe Energie Overijssel.
Programmaleider van Nieuwe Energie Overijssel Gábor Oolthuis geeft toe dat het een enorme opgave is om met zoveel en zulke verschillende partners aan een energieneutraal Overijssel te werken. We hebben dat harde doel ver weg in de tijd eigenlijk losgelaten. Natuurlijk is dat onze hogere ambitie, maar we wilden het ook praktisch en tastbaar maken voor het hier en nu. Het klimaatakkoord is onze leidraad en daaraan leveren we als provincie onze bijdrage door dit netwerk te faciliteren en er ook middelen voor beschikbaar te stellen. We kijken daarbij niet continu naar wat het meest effectief is, met precieze doelstellingen krijg je dan een soort schijnexactheid. Mede door de hoge energieprijzen namen zonnepanelen een vlucht en is de doelstelling al gehaald, maar stoppen we dan nu met zonne-energie beleid? Nee, we kijken per project of het goed of goed genoeg lijkt.”
Het netwerk heeft twee regionale werkplaatsen waar partners elkaar fysiek ontmoeten. In die werkplaatsen is per thema een zogenaamde ‘werkvloer’ ingericht waar relevante partners kennis delen, projecten of instrumenten ontwikkelen, netwerken en elkaar inspireren. Er is gekozen voor acht thema’s: gebouwde omgeving, bedrijven & industrie, zon, wind, infrastructuur & warmte, bio-energie, innovatie en Smart Energy Hubs. De opzet is dat partijen die in een project of aanpak willen investeren bij elkaar komen. Als datgene wat zij bedenken of doen werkt, kunnen andere partners het ook gebruiken. Gábor: “De meerwaarde zit hem dus in het samenbrengen van partners die wat willen, die hun nek willen uitsteken. Zo kun je zaken versnellen. Het commitment van de partners is vooral het eigenbelang dat bepaalt of iemand ergens mee aan de slag wil. Voordat een sessie plaatsvindt willen we dan ook weten welke partner eigenaarschap voelt. Dit eigenaarschap ontstaat doordat elke partij dicht bij zijn kern blijft (gemeenten bij hun grondgebied, netwerkbedrijven bij hun infrastructuur et cetera), terwijl de provincie over het geheel gaat, zowel geografisch als inhoudelijk, en dus een logische verbinder is.
En we werken echt aan zaken waar energie in zit. Er zijn bijvoorbeeld drie gemeenten die wat willen met een zonnecarport. Dat gaat dan vaak zo: een partner zegt “Bij de TT in Assen heb je een groot zonnepark boven het parkeerterrein, waarom hebben we dat niet in Overijssel?” Wij als provincie geven dan aan dit idee ook interessant te vinden en stellen voor om een bureau in te schakelen om dit uit te zoeken. We overleggen dan met die gemeenten over de gezamenlijke opdracht aan dit bureau en of we andere geïnteresseerde partijen erbij moeten betrekken. We willen aan het begin een toezegging van de deelnemers dat ze met de uitkomsten aan de slag gaan.”
Dit voorbeeld toont ook aan dat de rol van de provincie cruciaal is in dit netwerk als aanjager en spin in het web. Hoewel het merendeel van het samenwerkingsbudget van de provincie komt, is het netwerk wel ontworpen voor een gelijkwaardige samenwerking. Gábor geeft aan dat dit soms lastig is: ‘Sommige partijen zijn afhankelijk van ons. Die zullen niet snel commentaar op ons als provincie leveren. En bepaalde gemeenten doen volledig mee, terwijl andere, vaak kleinere gemeenten dit niet doen. We moeten opletten dat het netwerk breed genoeg van samenstelling blijft.
Maar stel, je wilt zo’n netwerk, maar niet de stuwende rol van de provincie, dan moeten andere partijen dit oppakken. Maar gemeenten, het waterschap of een netwerkbedrijf; die vinden dat heel moeilijk. Zij hebben vaak de handen al vol en hebben toch minder makkelijk het totaaloverzicht dat de provincie heeft op dit thema. En het Rijk is te ver weg. Het netwerk heeft een stuwende kracht nodig en hier in de regio kan de provincie die goed vervullen.”
Gábor geeft aan dat het een zoektocht was naar een aanpak die niet verzandt in eindeloos overleggen, maar juist daadwerkelijk wat oplevert. “De samenwerking was van begin af aan goed. Bij een evaluatie in 2019 was de conclusie dat we het netwerk goed voor elkaar hebben en we een voorbeeld zijn voor andere provincies. Maar, we hadden toch het gevoel dat er te weinig uit de samenwerking kwam. Er werd veel vergaderd, en elk thema had op een gegeven moment zijn eigen communicatieadviseur, secretaris en dergelijke.
We zaten ook met de governance kwestie, bijvoorbeeld dat die ene woningcorporatie die als partner was aangesloten niet per se alle andere woningcorporaties vertegenwoordigde. Maar meer partijen paste niet goed binnen de bestaande structuur en we wilden juist het netwerk productiever krijgen. Daarop besloten we het governance verhaal te parkeren, want daar zat geen energie op, en ons te focussen op betere samenwerking in de praktijk.“
“We moesten daarbij veel scherper hebben wat mensen met elkaar doen. Is dat kennis delen, afstemmen of inspiratie opdoen? We vinden kennis delen belangrijk, dat is een soort basis. Maar ook: dat het netwerk daar niet voor bedoeld is. Want als je als partner ergens aan een windpark bouwt, is het interessant om te weten dat er in een andere gemeente aan een zonnepark gewerkt wordt, maar heb je hierover geen kennis op detailniveau nodig. En interessante resultaten delen we natuurlijk, bijvoorbeeld met een kennissessie voor alle partners. Dus we gingen aan de slag vanuit het idee: zo veel mogelijk doen, zo min mogelijk vergaderen. Want zo’n werkplaats werkt pas goed als je er met meer energie uitkomt dan je erin ging. Dat vraagt om produceren in plaats van consumeren, een actieve deelname en een inspirerende locatie. Daar is veel meer voorbereiding voor nodig en dit moet je doen met mensen die dat kunnen.”
Nederland staat voor nogal wat uitdagende opgaven, zoals het aardgasvrij maken van wijken, de woon- en zorgopgave en de leefbaarheid en veiligheid in kwetsbare wijken. Maatschappelijke organisaties en overheden zien dat ze in hun eentje en met de bestaande manier van werken, die taaie en complexe vraagstukken niet meer kunnen oplossen. Ze verbinden zich aan elkaar. Tijdens de leerkring ‘Waardevol samenwerken in een netwerk’, die in het voorjaar van 2022 plaatsvond, ontstond het idee voor een magazine. In deze leerkring legden 14 ervaren netwerkmanagers, ondersteund door experts, hun ervaringen én vragen bij elkaar. Deze netwerkmanagers zijn dagelijks bezig met het begeleiden van hun lokale of regionale organisatienetwerk.
De inzichten uit de leerkring, maar ook de Platform31-voorstudie ‘Organisatienetwerken van waarde’ en andere Platform31 publicaties, net als de ervaringen van de schrijvers van het magazine en de ervaringen van de geïnterviewden, droegen bij aan de inhoud. Bovenstaand interview is onderdeel van het magazine ‘Meer bereiken met organisatienetwerken’. Het volledige magazine kunt u hieronder downloaden.
Studie naar het functioneren en ontwerp van organisatienetwerken en de opbrengsten voor het publieke domein.
Dit artikel bevat een download
5 oktober 2020
Een gespreksmodel en ervaringen van experts inspireren voor succesvol samenwerken aan complexe maatschappelijke opgaven.
Dit artikel bevat een download
22 mei 2023
Het gaat om het zoeken en vinden van momentum, het werken aan zichtbare resultaten en relatieonderhoud.
Dit artikel bevat een download
7 juni 2023