Verdieping Domeinoverstijgend samenwerken Wijkaanpak

Leren van impactondernemers: Design Thinking als tool voor integraal werken

25 september 2024 | Leestijd: 5 minuten
Design Thinking kan overheden helpen om opgaven te koppelen en integraal te werken; door in de huid van bewoners en belanghebbenden te kruipen, kun je de échte urgentie en problematiek achterhalen en een gezamenlijke aanpak voor een toekomstbestendige wijk ontwikkelen.

Om opgaven te koppelen en integraal te werken is het nodig om vroegtijdig de wensen en behoeften van bewoners te achterhalen. Gemeenten vinden dit vaak een uitdaging. Voor impact-ondernemers is het vanzelfsprekend om zoveel mogelijk vanuit de belangen van de doelgroep te redeneren. Een veelgebruikte methode die hier goed op aansluit is Design Thinking. Het stelt de doelgroep centraal en vormt nieuwe ideeën op basis van hun belevingen en gevoelens.

Wat is Design Thinking?

Design Thinking is een methode en werkwijze om innovatieve oplossingen voor complexe vraagstukken te genereren en te testen. Het legt de focus op het onderzoeken van zoveel mogelijk verschillende perspectieven van de doelgroep en op wat écht anders moet. Hierdoor kun je verbetering of vernieuwing bereiken vanuit een oplossingsgerichte benadering. Design Thinking sluit goed aan bij impact-ondernemers omdat ze van nature redeneren vanuit de belangen en belevingen van hun gebruikers en meebewegen in hun behoeften. Voor startende impact-ondernemers worden er verschillende trainingen gegeven om vanuit Design Thinking een passend product of dienst te ontwikkelen.

Bij Design Thinking denk je met een stapsgewijze benadering als een ontwerper. Het meest gebruikte stappenplan voor Design Thinking is van de Stanford Design School:

  1. Empathie
  2. Definiëren
  3. Verbeelden
  4. Prototype
  5. Testen

De stappen zijn niet lineair; het proces is flexibel en iteratief. In de eerste stap kruip je in de huid van de doelgroep. Door hun leefwereld te betreden, begrijp je de problematiek beter en achterhaal je wat zij nodig hebben. Uit al die ervaringen en belevingen definieer je in stap twee een uitdaging (probleemstelling); leg de vinger op de zere plek. Vervolgens genereer je in de derde stap ideeën voor een oplossing: verbeelden. In stap vier werk je een idee uit in een prototype of experiment. Vragen die je hierbij stelt zijn: waar zit de urgentie? Hoe maken we het verschil? In de vijfde stap test je het prototype bij de doelgroep om te kijken of het de juiste oplossing is voor het probleem. Zo niet, dan ga je een deel van de cyclus opnieuw door.

Illustratie: Janneke ten Kate

 

Kernprincipes van Design Thinking

  1. De doelgroep staat centraal. Idealiter wordt de doelgroep ook actief betrokken bij het ontwerpproces.
  2. Het is een iteratief proces; de stappen moeten soms opnieuw worden gedaan. Prototypes of experimenten worden in de praktijk getest om constant te leren en blijven verbeteren. De reactie van de doelgroep bepaalt de effectiviteit ervan.
  3. Wat werkt in de ene context werkt niet automatisch in de andere. Breng daarom eerst de context in kaart voordat je het ontwerp schetst.
  4. Snelheid is niet leidend, een positieve energie wel. Concepten worden tussentijds gecheckt in plaats van gedetailleerd uitgewerkt.

Waarom Design Thinking interessant is voor overheden

Overheden werken net als impact-ondernemers vanuit een maatschappelijke missie. Ze maken allebei impact door oplossingen te zoeken voor maatschappelijke vraagstukken. Gemeenten worden bijvoorbeeld aangemoedigd om wijk-specifieke vraagstukken mee te nemen in grotere, maatschappelijke opgaven. Opgaven koppelen en integraal werken kunnen hier een oplossing voor zijn. Belanghebbenden uit de wijk worden dan betrokken en formuleren samen met de gemeente een gedeelde ambitie, gebaseerd op ieders belangen. Hierdoor kunnen middelen en ruimte efficiënter worden benut, krijgt de wijk een kwaliteitsimpuls en vergroot het draagvlak onder bewoners. Met zulke win-winsituaties ontstaat er meerwaarde voor de opgaven en kunnen maatschappelijke transities versnellen.

Hoewel de inwerkingtreding van de Omgevingswet het koppelen van opgaven en integraal werken stimuleert, komt het in de praktijk moeilijk van de grond. Sectoraal werken, bestuurlijke druk en verschillende tijdsplanningen staan het koppelen van opgaven en integraal werken vaak in de weg. Bovendien is het in kaart brengen van de wensen en behoeften van belanghebbenden een uitdaging voor gemeenten.

Design Thinking gebruiken binnen de overheid

Om het koppelen van opgaven en integraal werken behapbaar te maken, kan Design Thinking een uitkomst bieden. Door middel van empathisch onderzoek kun je je inleven in de belevingen en drijfveren van bewoners en belanghebbenden. Vervolgens identificeer je op basis van de onderzoeksresultaten waar de meeste zorgen en wensen liggen. Met die informatie vorm je ideeën waarmee je de zorgen en wensen van bewoners koppelt aan de ambities van de gemeente. Hiermee creëer je een gezamenlijke aanpak om tot een toekomstbestendige wijk te komen. Het resultaat is beleid dat beter aansluit bij de mensen voor wie het bestemd is. In de illustratie hierboven vind je een voorbeeld van de toepassing van Design Thinking bij een integrale benadering van de warmtetransitie in de wijk.

Opgaven koppelen en integraal werken vanuit verschillende rollen

Het Rijk, bestuurders en ambtenaren hebben ieder eigen randvoorwaarden waarmee ze kunnen bijdragen aan het koppelen van opgaven en integraal werken.

  • Het Rijk is nodig voor steun in (structurele) financiering, het aanpassen van belemmerende wetten en het afgeven van een signaal voor meer urgentie op het onderwerp.
  • Bestuurders zijn nodig voor het creëren van bestuurlijke borging, urgentie en draagvlak binnen een gemeente. Bijvoorbeeld door bestuurders en wethouders uit verschillende domeinen te laten samenwerken. Lef en bevlogenheid zijn hiervoor noodzakelijk.
  • Ambtenaren zijn nodig voor de verbinding tussen verschillende afdelingen en het langdurig samenwerken vanuit een gedeelde ambitie met belanghebbenden uit een wijk. Door te werken met een wijkmanager, iemand die bewoners en de gemeente dichter bij elkaar brengt en focust op de leefbaarheid van een wijk, worden integraliteit en de wensen en behoeften van bewoners gewaarborgd in de plannen.

De Publieke Ontwerp praktijk (PONT) werkt aan het verbinden van ontwerpmethoden als Design Thinking aan overheden.

PONT is opgezet om de kennis, organisatiecultuur en infrastructuur te ontwikkelen, om daarmee de ontwerpende aanpak beter aan te laten sluiten bij de overheid. Het doel is om goed samen te werken aan maatschappelijke vraagstukken. PONT biedt kennis en tools aan, maar ook masterclasses en volledige leertrajecten.

Koppelen

Dit artikel is opgesteld in het kader van het Platform31 ‘Koppelen’-project, waarin onderzocht wordt op welke manieren gemeenten opgaven kunnen koppelen. Met als doel dat gemeenten en partners integraal te werk gaan bij gebiedsgerichte verduurzaming.

Het verschil tussen koppelen van opgaven en integraal werken is dat integraal werken uitgaat van verbindingen tussen alle mogelijke domeinen, terwijl het koppelen van opgaven bijvoorbeeld ook gebruikt wordt voor de verbinding tussen klimaatadaptatie en energie. Het achterliggende idee is dat voor échte verduurzaming een integrale werkwijze een vereiste is om alle aspecten van de complexe vraagstukken mee te nemen. Bij gebiedsgerichte verduurzaming is het centraal stellen van de bewoners – die de vraagstukken niet als losse domeinen zien – dus een manier om van integraal werken de norm te maken.

Voor inhoudelijke vragen over dit artikel of interesse in het ‘Koppelen’-project kun je terecht bij Jan Kastje.

Contact

Jan Kastje 06 53 22 02 16

Ontvang nieuws van Platform31

Nieuws, publicaties en bijeenkomsten van Platform31 automatisch in jouw mailbox? Meld je dan aan voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief over actuele ontwikkelingen in stad en regio.

Bekijk al onze nieuwsbrieven en updates

"*" geeft vereiste velden aan