Wijkaanpakken in middelgrote gemeenten
Wijkbewustzijn als sleutel tot vitale wijken: hoe middelgrote gemeenten creatieve en effectieve wijkaanpakken ontwikkelen.
De Tilburgse Vogeltjesbuurt werd na de eerste wereldoorlog gebouwd, destijds op flinke afstand van de bestaande stad, en stond lange tijd bekend als een ruige volksbuurt. De woningen bleken in 2011 in slechte staat en men besloot de wijk onder handen te nemen. Tiwos sloopte in de Vogeltjesbuurt 121 woningen, bouwde 112 woningen terug en renoveerden er 80. Dat deden zij in woord en daad vóór en met buurtbewoners. Bijna iedereen keerde terug naar de oude buurt, in veel gevallen naar een woning op exact dezelfde plek en met dezelfde buren om zich heen.
Jeroen Band, vastgoedstrateeg bij Tiwos, was projectleider ten tijde van de sloop. Hij begint bij het begin, in 2011, toen zij 202 keukentafelgesprekken voerden om de behoeften, dromen en kritiek van bewoners in kaart te brengen. Dit gesprek voerde hij met alle huishoudens in de wijk. Op basis daarvan vroeg Tiwos aan KAW architecten om een plan op te stellen. Dat plan is vervolgens weer teruggelegd bij de wijk, legt Band uit: “We presenteerden vijf varianten van het plan. De bewoners kwamen vervolgens met het idee om twee varianten te combineren, en daar zijn we mee verder gegaan.”
Dat zorgde voor een omslag bij de bewoners. “Het vertrouwen groeide omdat men zag dat het plan echt niet vooraf al vastlag. En dat zij echt konden meedenken over hoe hun huis en hun buurt eruit kwam te zien.” Bewoners zagen, dankzij heldere communicatie, in dat sloop van deze wijk noodzakelijk was. Dat bewoners mochten meedenken is volgens Band een belangrijke reden waarom zo veel mensen konden en wilden blijven wonen in hun buurt. “In veel andere projecten is het aantal mensen wat terugkeert maar tien tot vijftien procent”, licht Band toe. “Hier is bijna iedereen teruggekeerd.”
“Het zit in het DNA van onze organisatie dat wij naast bewoners staan”, stelt Band. “Ook wij hebben weleens iets uitgestort over de wijk wat we op kantoor hadden bedacht, zonder enige bewonersparticipatie. Maar inmiddels weten we beter. Projectmanagers van nu beseffen dat we het niet voor onszelf, maar voor de bewoner doen.” De instelling van de corporatie in combinatie met de wensen van de bewoners zorgde voor een bijzonder sloop-nieuwbouw proces in de Vogeltjesbuurt.
In een op-maat-gemaakte-aanpak hoefden bewoners niet twee keer te verhuizen. Via een kort verblijf in een wisselwoning in de eigen wijk of net daarbuiten, betrokken bewoners na 25 werkdagen weer hun nieuwe woning. Hiervoor ontwikkelde een lokale aannemer een ambitieus en geheel nieuw sloop- en bouwproces: pand voor pand werd er gesloopt, en op de bouwplaats werden de woningen ook pand voor pand teruggebouwd. Er verrezen vijf verschillende woningtypen, waardoor het aanzicht en de sfeer van de buurt behouden bleef.
Dit ‘treintje’ van pand voor pand afbreken en opbouwen was essentieel voor het draagvlak voor het plan en het hoge percentage terugkeer van bewoners naar de wijk. Band: “Als je doel is om mensen te laten wonen in hun vertrouwde buurt, dan moet je ze geen lange tijd de buurt uit sturen.” Niet alleen verbleven bewoners maar kort in een wisselwoning, het sloop- en bouwproces duurde in totaal maar zes maanden. “Doorgaans vraagt een sloop-nieuwbouwproject van deze omvang wel drie jaar”, geeft Band aan. “Vaak zijn de oorspronkelijke bewoners dan allang gesetteld in hun nieuwe buurt en woning. In de Vogeltjesbuurt besloeg dat maar 25 dagen.” Bijkomend maar belangrijk voordeel: je hebt veel minder wisselwoningen nodig, die je anders jarenlang zou onttrekken aan de markt.
Twee redenen voor bewoners om te willen terugkeren naar hun oude buurt kwamen hier al langs. Eén: bewoners laten meedenken in de plannen, waardoor zij echt vertrouwen hebben dat zij zich thuis zullen voelen in hun vernieuwde woning en buurt. En twee: de ‘trein’ die de korte tijd in een wisselwoning mogelijk maakt en de impact voor bewoners verzacht. Band voegt daar nog een derde belangrijke reden aan toe: liefdevolle begeleiding van de bewoners. “In andere projecten is de teleurstelling soms groot, omdat mensen terugkeren in een buurt en woning die zó veranderd is. Neem bewoners daarom in elke verandering mee en geef ze de kans om daarin suggesties te doen.
In kwetsbare wijken in Nederland stagneert de leefbaarheid en de verschillen tussen wijken worden groter, onder meer door fysieke achteruitgang en gevoelens van onveiligheid. De komende tien tot twintig jaar zal er daarom een stevige herstructurering plaatsvinden in diverse kwetsbare stadswijken. Deze herstructurering vraagt om een integrale wijkaanpak waarbij de wijk als systeem wordt bezien. In het project Herstructurering 2.0 onderzoeken we hoe herstructurering kan bijdragen aan de brede wijkaanpak en de leefbaarheid en veiligheid in kwetsbare wijken. Het project bestaat uit drie lijnen: 1) terugkeren naar je eigen buurt, 2) ruimte maken voor diversiteit en 3) wijkbewust verdichten.
Meer informatie vind je op de projectpagina van Herstructurering 2.0.