Flexwoningen: klein, maar wel van kwaliteit en een divers aanbod
Een genuanceerde blik op flexwonen laat zien dat dit woningtype juist volop kansen biedt.
Een thuis voor iedereen
Flexwoningen zijn al lang niet meer de containers die we kennen van vroeger. Moderne flexwoningen zijn niet alleen mooi, maar ook duurzamer dan permanente bouw. Neem de woningen van Finch Buildings die modulaire woningen van hout ontwikkelt. De ecologische voetafdruk van houtbouw is van alle materialen het kleinst, vertelt directeur Jurrian Knijtijzer als we met een groep gemeente- en rijksambtenaren, woningcorporatiemedewerkers en bouwers op bezoek zijn in Alkmaar. Bovendien is houtbouw goed voor de gezondheid. Er worden geen schadelijke stoffen gebruikt in het hout en hout werkt vochtregulerend. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt zelfs dat kinderen op basisscholen die les krijgen in massief houten lokalen rustiger en meer ontspannen zijn.
Het project ‘Start me up’ aan de Achter de Bergerweg in Alkmaar is een voorbeeld van modulaire houtbouw van Finch Buildings. Dankzij de samenwerking tussen woningcorporatie Woonwaard, de gemeente en lokale zorgpartijen zijn hier in korte tijd 38 woningen gerealiseerd voor jongeren tussen 18 en 28 jaar. De helft van de woningen wordt verhuurd aan jongeren die op eigen kracht het huis uit gaan, de andere helft aan jongeren die begeleiding nodig hebben. Jongeren krijgen hier een kans om een start te maken naar zelfstandigheid. De woningen kunnen 15 jaar op deze locatie blijven staan.
Hoe gaat de productie van modulaire woningen in zijn werk? Dat konden de deelnemers zelf ervaren tijdens een bezoek aan de fabriek van flexwoonproducent Ursem Modulaire Bouwsystemen in Wognum. Tussen de prefab badkamers lieten de bevlogen medewerkers zien hoe modulaire bouw in zijn werk gaat. Alle modules worden in de fabriek gemaakt en op de bouwplaats in elkaar gezet. “Waarom zouden we alles uniek willen bouwen? Als we de woningnood op willen lossen is standaardiseren – met enige mate van flexibiliteit- het toverwoord”, aldus directeur Ed Lokhorst. Net als de woningen van Finch, zijn ook de woningen van Ursem een duurzaam en snel alternatief voor traditionele bouw. Zo is afval tijdens de productie 9 procent tot 14 procent minder dan bij traditionele bouw en worden de woningen tot wel 40 procent sneller geproduceerd in de fabriek.
Een project dat Ursem in opdracht van drie woningcorporaties heeft gerealiseerd, is het flexwoonproject Dirk Veermanhof in Wognum. Door de toestroom van vluchtelingen in 2015 was een snelle oplossing nodig om statushouders te huisvesten. Modulaire bouw bood hierbij uitkomst. Een dergelijk snel proces vraagt ‘bestuurders met ballen’, licht directeur-bestuurder Ab Gieling van woningcorporatie De Woonschakel toe. Door met de gemeente en de andere woningcorporaties de handen ineen te slaan, te luisteren naar bewoners, maar ook standvastigheid te tonen wanneer nodig, kwam dit project van de grond. Zo lukte het om de eerste woningen per 1 december 2017 te verhuren.
Er zijn veertig appartementen gerealiseerd voor statushouders en reguliere starters op de woningmarkt. Op de begane grond bevinden zich acht 4-kamer appartementen met een eigen tuin voor gezinnen. De overige appartementen zijn 2-kamer appartementen en bestemd voor 1- of 2-persoonshuishoudens. Als je niet weet dat het prefab-woningen zijn, dan zie je het verschil bijna niet.
Op 20 april organiseren Platform31 en Aedes het volgende locatiebezoek. Dit keer gaan we naar Eindhoven en Rosmalen. Tijdens dit locatiebezoek krijg je antwoord op de vraag: hoe ontwikkel je een gemeenschap in een buurt met verplaatsbare woningen die er tijdelijk blijven staan? Het maximum aantal deelnemers is beperkt, dus meld je snel aan!
Meer informatie en aanmelden
Platform31 werkt al langere tijd aan flexwonen: aanjaagprogramma’s, en thema’s als behoeftebepaling, kansen en mogelijkheden benutten, gebruik van leeg vastgoed, tijdelijke huurcontracten, nieuwe huisvesters, mengen van doelgroepen, et cetera.