Investeren in ‘sociaal rioleringsstelsel’ helpt tegen gezondheidsongelijkheid
Wijkbewoners kennen hun buurt. Werk samen aan een gezonde omgeving door hun netwerken en ontmoetingsplekken te versterken.
De Nederlandse woningvoorraad sluit niet aan op de vergrijzende bevolking. Landelijk zijn er tot 2030 er 290.000 woningen voor senioren nodig. Door het sluiten van regionale woondeals pakt het Rijk meer regie op de woningbouw en aan versnellingstafels worden nu ook regionale afspraken over de ouderenhuisvesting gemaakt. Gemeenten hoeven niet af te wachten hoe en wanneer dit dit resultaten leidt.
“Bijsturen is mogelijk, je kan daar als gemeente maar beter snel mee beginnen”, aldus Wouter Spijkerman, strateeg en conceptontwikkelaar bij Ravenkop, met de nodige ervaring in het realiseren van woonzorgconcepten. “We weten al decennialang dat we te maken krijgen met vergrijzing en dat geschikte woningen nodig zijn. Maar er is te lang te weinig aandacht voor ouderenhuisvesting. Het is zaak dat daar snel verandering in komt.”
Volgens Spijkerman is de realisatie van ouderenhuisvesting afhankelijk van een aantal factoren. Denk aan het vinden van een locatie, het rondkrijgen van de businesscase en de planologische sturing vanuit de gemeente. Spijkerman: “Er is geen gouden oplossing voor dit vraagstuk. Ik zie in mijn eigen praktijk dat het cruciaal is dat ouderenhuisvesting hoog op de politieke agenda staat. Laat het voltallige college keuzes maken en neem de raad daarin mee. Willen we een woonzorgconcept of een winkelketen? Met name betaalbare woningen die geschikt zijn voor ouderen is een uitdaging. Deze opgave concurreert direct met andere doelstellingen en doelgroepen. Keuzes maken gaat altijd ten koste van iets anders, zoals de grondwaarde of andere doelen die de gemeente wil bereiken. Maar zonder dat soort keuzes is het heel lastig om woningen voor senioren te realiseren.”
Ouderenhuisvesting moet zo vroeg mogelijk in de planontwikkeling worden meegenomen. Spijkerman: “Als ambtenaar moet je proactief zijn. Zorg dat jouw knikker als eerste in het bakje van wensen en eisen terechtkomt, dat het direct vanaf het begin in de planvorming wordt meegenomen en niet als een wens later nog wordt ingebracht. Dan ben je te laat en is het moeilijk om woonzorgconcepten nog in de onderhandelingen mee te krijgen. Neem de woonvormen voor senioren op in een gebiedsvisie waardoor het ook terecht komt in het stedenbouwkundig plan van eisen, en daarna in de beleidsregels en planologische regels. En zorg bij een tender dat je aan tafel zit, meebepaalt en dat de punten voor het woonzorgconcepten doorslaggevend zijn.”
“Beleidsmedewerkers zijn heel goed in het sturen op afstand: het opstellen van beleidsregels, het maken van omgevingsplannen. Als je kijkt naar de matrix van meervoudig sturen, dan zit dat in het kwadrant ‘reguleren’. Dat is een hele voorzichtige en juridische werkwijze, en daardoor heel ineffectief. Als je woningen voor senioren wilt realiseren, moet je juist naar buiten gaan, in gesprek met ontwikkelaars en beleggers, hen meenemen in de opgave en samen kijken welke mogelijkheden er zijn. Zet in op verbinden en stimuleren. En verdiep je daarbij in de taal van de ander en begrijp hoe het spel gespeeld wordt.”
Naast het vroegtijdig inbrengen van het belang van ouderenhuisvesting, is ook de positionering van belang. Eerder heeft Spijkerman als kwartiermaker wonen en zorg gemerkt dat een opdracht om woonzorgconcepten te realiseren, niet altijd voldoende is om uit de startblokken te komen. “Bij het realiseren van woonzorgconcepten zijn verschillende gemeentelijke afdelingen nodig. Afhankelijk van je positie kun je als kwartiermaker veel tijd kwijt zijn aan het organiseren van de verschillende lijnen. De urgentie voor wonen en zorg-oplossingen wordt vaak gevoeld op andere plekken dan waar de uitvoeringskracht zit. Je ziet dat als de opdracht bij de directeur sociaal domein wordt belegd, dat het dan leuren is om tot realisatie te komen. In mijn optiek moet de directeur Ruimte verantwoordelijk worden gesteld voor het realiseren van ouderenhuisvesting. Daar zit ook de uitvoering. Met een heldere bestuurlijke opdracht kan deze directeur de juiste mensen aansporen en verantwoordelijkheid nemen.”
Spijkerman roept op vooral aan de slag te gaan. “Regel de politiek-bestuurlijke prioriteit, de middelen en de capaciteit. En als je dat op orde hebt, laat weten dat je volop aan de slag wilt met woonzorgconcepten voor senioren. We hebben alle opties nodig. Ga in gesprek met ontwikkelaars, beleggers en zorginstellingen, ondersteun Collectief Particulier Opdrachtgeverschap en woongroepen, transformeer bestaand (maatschappelijk) vastgoed. Dit kost tijd, er zullen onderweg initiatieven afvallen maar laat dat je niet afschrikken. Laat duizend bloemen bloeien.”